DOEL VAN DE FUNCTIE

Het behandelen van aanvragen op grond van wet- en regelgeving en het begeleiden van klanten volgens een trajectplan (screening,
diagnose / indicatie en beoordeling).

RESULTAATGEBIEDEN

- Aanvragen screenen, diagnose stellen / indiceren en beoordelen
- Neemt inhoudelijk complexe aanvragen in behandeling, verzamelt hiertoe de benodigde gegevens.
- Beoordeelt aanvragen op juistheid en rechtmatigheid.
- Voert (intake)gesprekken en (her)beoordelingsgesprekken met cliënten.
- Stelt een diagnose en stelt op basis hiervan een advies en/ of een trajectplan op.
- Stelt indicaties of vraagt deze aan en verstrekt voorzieningen.
- Stelt beschikkingen op, verricht bijbehorende correspondentie en administratieve werkzaamheden.
- Draagt zorg voor en is belast met werkzaamheden met betrekking tot de dienstverlenende, financiële en juridische afhandeling.
- Voert (fraude)onderzoek, rechtmatigheid- en doelmatigheidscontroles uit.
- Levert een inhoudelijke bijdrage aan bezwaar- en beroepsprocedures.
 

Resultaat: Aanvragen tijdig en correct behandeld zodanig dat afspraken, richtlijnen, beleidskaders en regelgeving juist zijn gevolgd/
nageleefd. Volledige proces van screening, diagnose / indicatie en beoordeling van de aanvraag is verzorgd.
 

Klanten begeleiden, adviseren, motiveren en informeren:
- Fungeert als eerste aanspreekpunt voor de klant, (hulpverlenings)instanties en verstrekkers van voorzieningen.
- Begeleidt, adviseert, motiveert en informeert klanten bij het traject over te volgen procedures en bij de oplossing van aandachtsgebiedgerelateerde vragen en knelpunten, waarbij in bepaalde situaties sterke weerstanden en / of
belangentegenstellingen moeten worden overwonnen.
- Draagt zo nodig zorg voor de doorverwijzing en aanmelding van klanten bij instanties.
- Neemt deel aan in- en externe overlegstructuren ten behoeve van de klantbegeleiding.

Resultaat: Klanten begeleid, geadviseerd, gemotiveerd en geïnformeerd, zodanig dat het trajectplan wordt gevolgd en klanten en overige
betrokkenen tijdig over de juiste informatie, middelen en hulp beschikken.

Netwerk onderhouden:
- Legt en onderhoudt actief contacten met instanties, instellingen et cetera. Breidt het netwerk gericht uit.

Resultaat: Het netwerk is onderhouden en uitgebreid. Relaties zijn tevreden over de onderhouden contacten.

Werkprocessen verbeteren:

- Signaleert trends op het aandachtsgebied en maatschappelijke ontwikkelingen en knelpunten in de uitvoering van beleid en vertaalt deze naar voorstellen voor verbetering (kwaliteit en dienstverlening).
- Evalueert dienstverlening en vertaalt deze in adviezen aan de leidinggevende.
- Levert een bijdrage aan de implementatie van verbeteringen / wijzigingen in wet- en regelgeving na goedkeuring van de leidinggevende.
- Is belast met het verrichten van beleidsondersteunende werkzaamheden ten aanzien van een toegewezen aandachtsgebied.

Resultaat: Werkprocessen verbeterd, zodanig dat werkzaamheden efficiënter, effectiever en met een zo hoog mogelijke kwaliteitkunnen worden uitgevoerd.

Deskundigheid bevorderen:
-Fungeert als inhoudelijk sparringpartner voor collega's.

Resultaat: Deskundigheid bevorderd, zodanig dat kennis actief onderling is gedeeld en actueel is.

SPEELRUIMTE
- De functionaris neemt beslissingen bij het screenen, het stellen van diagnose en het beoordelen van aanvragen, over de inhoudvan de adviezen en voorstellen, bij het toekennen van trajectplannen en bij het begeleiden van klanten.
- Wet- en regelgeving, provinciale en gemeentelijke voorschriften en richtlijnen vormen het kader.
-De functionaris legt verantwoording af aan de hiërarchisch leidinggevende over de inhoud en kwaliteit van de gegeven adviezen, de rechtmatigheid en doelmatigheid van de toegewezen trajectplannen en over de wijze waarop klanten zijn begeleid en gesprekken zijn gevoerd.
 

KENNIS EN VAARDIGHEDEN:
- Kennis van het aandachtsgebied, gemeentelijk beleid en uitvoeringsregels.
- Kennis van wet- en regelgeving.
- Kennis van de sociale kaart.
- Inzicht in dienstverlenende, financiële en juridische samenhangen binnen het eigen werkgebied.
- Vaardigheid in het bespreken en beoordelen van problemen van cliënten.
- Vaardigheid in het begeleiden, adviseren en motiveren.
- Vaardigheid in het geven van voorlichting.
- Vaardigheid in het omgaan met mondige klanten.
- Vaardigheid in het omgaan met stressvolle situaties, waarin agressie en emoties een rol kunnen spelen.

CONTACTEN
- Met (hulpverlenings)instanties en instellingen over (aan)vragen om te overleggen en de behandeling van klanten af te stemmen.
- Met klanten en externe betrokkenen over de behandeling van aanvragen, de uitvoering van onderzoeken en trajectbegeleiding om een aanpak af te spreken en hen te adviseren, te informeren en belangentegenstellingen te overbruggen.
- Met collega's (afdeling- en directieoverstijgend) en andere gemeenten over het beleid en de problematiek om af te stemmen.
- Met collega’s over vakinhoudelijke zaken om kennis uit te wisselen en te delen.

RESULTAAT- EN COMPETENTIEPROFIEL

RESULTATEN (OUTCOME) RESULTAATINDICATOREN (aan te tonen door medewerker, leidinggevende e/ o derde)
Aanvragen gescreend, diagnose gesteld / geïndiceerd en beoordeeld.
-  Aanvragen tijdig en correct in behandeling genomen en beoordeeld.
- Behandeling conform geldende wet- en regelgeving.
- Juiste informatie op de juiste plaats.
- Juiste en onderbouwde diagnose / indicatie afgegeven.
- Volledig proces van screening, diagnose / indicatie en beoordeling van de aanvraag is verzorgd.
 

Klanten begeleid, geadviseerd, gemotiveerd en geïnformeerd.
- Betrokkenen beschikken tijdig over de juiste informatie.
- Klanten tijdig doorverwezen naar de juiste instantie.
- Juiste en bruikbare input geleverd.

Netwerk onderhouden. l Netwerk behouden en uitgebreid.
Werkprocessen verbeterd. l Ontwikkelingen en knelpunten tijdig gesignaleerd en correct vertaald naar bruikbare mogelijkheden.
-  Aantoonbaar bruikbare input voor het beleid tijdig geleverd aan de manager.
-  Ondersteuning bij de implementatie van verbeteringen / wijzigingen in wet- en regelgeving tijdig en juist geboden. Deskundigheid bevorderd. l Kennis is actueel en actief uitgewisseld met collega's.B

KERNCOMPETENTIES
Competenties Niveau Indicatoren
1. Samenwerken Niveau 2:
Werkt op eigen initiatief met anderen aan een gezamenlijk resultaat.
-  Komt met ideeën over de manier waarop een resultaat gezamenlijk verbeterd kan worden.
- Wisselt op eigen initiatief informatie, kennis of ideeën uit met medewerkers/ collega’s.
- Benoemt problemen binnen het team/ de groepen zet zich in om deze samen op te lossen.
- Onderneemt acties die de samenwerking bevorderen.
-  Helpt anderen bij het behalen van hun doelstellingen.
2. Resultaatgerichtheid Niveau 2: Stelt zelfstandig en op eigen initiatief ambitieuze doelen en realiseert deze.
· Stelt ambitieuze doelen.
· Komt tot het resultaat, beter of sneller dan verwacht.
· Realiseert doelen.
· Grijpt in wanneer resultaten dreigen tegen te vallen.
· Doet voorstellen voor methoden die efficiënter of effectiever zijn.
3. Klantgerichtheid Niveau 2: · Stelt vragen over zowel korte- als lange Denkt actief mee met de klant en komt op eigen initiatief met passende voorstellen.
termijnbehoeften van de klant.
· Doet de klant voorstellen die aansluiten bij zijn huidige en toekomstige behoeften.
· Stelt onverstandige keuzes van de klant ter discussie en doet verbetervoorstellen.
· Geeft op heldere wijze aan wat eigen organisatie (onderdeel) wel en niet voor de klant kan betekenen.
· Onderzoekt na levering van producten/ diensten de tevredenheid en verdere behoeften van de klant.
 

GENERIEKE COMPETENTIES
Competenties Niveau Indicatoren
4. Mondelinge communicatie
Niveau 2:
Past op eigen initiatief zijn/haar taalgebruik en toelichtingen aan de ander aan en ondersteunt boodschap met houding en gebaren.
· Draagt een boodschap op heldere wijze uit.
· Scheidt hoofd- en bijzaken en deelt deze in een logische volgorde mee.
· Gebruikt woorden die de ander begrijpt, verheldert vaktaal of jargon.
· Stelt en/of beantwoordt vragen één voor één.
· Ondersteunt zijn/haar boodschap met houding en gebaren.
5. Besluitvaardigheid Niveau 2:
Neemt zelfstandig beslissingen of komt tot actie, ook als nog niet alle informatie beschikbaar is.
· Maakt bij het nemen van beslissingen volledig gebruik van de eigen bevoegdheid.
· Neemt beslissingen waarvoor nog niet alle informatie voorhanden is.
· Neemt besluiten waarvan de gevolgen niet voor 100% te overzien zijn.
· Neemt beslissingen in het geval van tegenstrijdige belangen.
· Komt snel tot een besluit.
 

Opdracht informatie